Nee, geen spin, maar spint met een t. Spint, dat zijn kleine mijten die vaak nog geen halve millimeter groot zijn. Acht pootjes zwabberen om een rond lijfje heen en qua kleur gaan ze alle kanten op: zwart, bruin, geel, rood, groen… de kleur is afhankelijk van hun maaltijden. Zoek je zelf op je plant naar spint, dan zijn ze als minieme stipjes nauwelijks zichtbaar. Nu zijn er twee soorten mijten: roofmijten en plantenetende mijten. De eerste categorie kun je benutten om ongedierte van planten te krijgen, de tweede categorie wil je niet op je planten zien. Spint maakt een sprint op je planten als de luchtvochtigheid in de kamer laag is en je de thermometer lekker hoog hebt staan. Dan plant spint zich onnoemelijk snel voort.
Een sluier op je plant
Spint is dus klein. Je merkt dat je plant er last van heeft als je schade aan de bladeren ontdekt. Heeft spint je plant al goed bezet, dan zie je dat aan de ragfijne webjes. De webjes zijn geweven op het blad en kunnen over elkaar heen lopen. Je vindt ze voornamelijk aan de bladrand en aan de onderzijde van de bladeren.
Gulzige vampiertjes
Spint is schadelijk voor je kamerplant. Want spint zuigt de levenssappen weg uit de plantcellen. Je plant geeft dat dan aan door gele of bruine vlekjes te vormen, vaak aan de onderkant van het blad. Heb je een grote toevloed van spint, dan zie je het ook aan de bovenkant van het blad. De bladeren worden zwak door spint en gaan verleppen. De fotosynthese wordt veel minder en je plant kwijnt weg. Die kan zelfs doodgaan als de infectie flink doorzet.
Voortplantingsplaag
Spint is er niet voor de lange duur. Tussen eitje en volwassen mijt zit niet meer dan twee weken. Een volwassen spintmijtvrouwtje kan in haar korte leven tot honderd eitjes leggen. Vier dagen later komen die uit. Heb je de kachel op 25 graden, dan verdubbelt het spintvolkje zich op je plant al in drie dagen. Is spint eenmaal op je plant aanwezig, dan wordt het dus snel een enorme horde en grote plaag.
Wat te doen?
Het gevecht tussen jou en spint begint door je besmette plant in quarantaine te zetten. Want voor je het weet verhuist de spint naar nabije planten. Heb je de besmette plant aangeraakt? Dan kan er al spint op je handen of op je kleding terechtkomen. Vooral als je de aangetaste delen van je kamerplant hebt weggeknipt. Je eerste actie is dus het weghalen van die delen die overduidelijk door spint zijn overmeesterd.
Resistentie tegen chemicaliën
Het probleem is daarna dat spint nogal ongevoelig is voor veel middeltjes. Ook tegen de sprays die bedoeld zijn om ze uit de weg te ruimen. Eerst lukt het waarschijnlijk wel om spint weg te krijgen met chemische sprays als je maar wel echt de hele plant raakt, dus ook de onderkanten van het blad. Herhaal het sprayen elke twee weken tot je geen spint meer kunt ontwaren. Probleem is dus wel dat spint nogal snel resistentie kan ontwikkelen tegen de spray zodat je steeds sterkere middelen moet gaan spuiten; een betere oplossing is dan ook de inzet van natuurlijke vijanden van spint. Dat scheelt je ook veel gif op je kamerplant.
Een natuurlijke vijand
Tot de natuurlijke vijanden behoort de roofmijt. Ook die plant zich natuurlijk voort, maar alleen maar zolang tot er geen voeding meer is op de plant: spint, dus. Je zet de roofmijt in kleine bakjes of in ophangzakjes uit, liefst dicht bij de besmette delen. De roofmijten gaan pijlsnel op zoek naar spint en vinden ook die plekjes waar je met de chemische spuit niet kon komen.
Voorkomen is beter dan genezen
Wat kun je doen om spint tegen te gaan? Natuurlijk ervoor zorgen dat je kamerplant gezond is, voldoende water en voeding krijgt en de luchtvochtigheid hoog is. Dat zijn allemaal factoren die spint kunnen voorkomen. Heb je zo nu en dan last van spint? Dan kun je ook preventief roofmijten in zakjes in je plant hangen. Bijvoorbeeld de roofmijt Nicus. Dat werkt goed bij planten die spintgevoelig zijn. Zoals kamerplanten met zachte bladen; bijvoorbeeld de calathea en de bananenplant. Ook de alocasia is geliefd bij spint. Succulenten zoals cactussen en vetplanten hebben veel minder last van spint.
Spint niet per ongeluk distribueren
Punt met spint is dat het zich nogal gemakkelijk en ook snel kan verspreiden. Om dit soort kwalijke distributie te voorkomen check je het volgende:
• Een nieuwe plant in huis halen, dan eerst checken op spint
• Houd wind en tocht zoveel mogelijk uit je kamer
• Zorg ervoor dat je niet via je kleding of handen de spint ‘verhuist’
